Interieur met kokende boerin bij haard

De compositie is erg eenvoudig, de kleuren ook. Dat is niet zonder reden. We zien een boerin, sober, teder en gaaf getoonzet, zoals alleen de meesters van de Haagse School dat kunnen. In dit werk heerst het kwetsbare, zorgzame. Geconcentreerde aandacht wordt dan imperatief.

In de Brabantse expressionistische schilderkunst uit deze periode zien we vaak boerinnen en boeren in stilte aan het werk. Net zoals bloemen in een stilleven, is de boerin op dit schilderij de verheven bloem van het interieur. Bloemstillevens en interieurs verschillen dus niet. En dankzij stillevens kunnen we terugkeren naar hoogste concentratie, hoogste rust en serene stilte.

De boerin staat dat toe door haar innige band met de nabije haard en alles daaromheen. De haard, bron van licht, vuur, warmte en bereiding van voedsel. De gietijzeren pan, een ketel,  de stoel, de kleding, de stenen, ja zelfs de lichting buiging van de boerin naar voren: ze komen door het licht en de warmte  en het vuur van de haard tot in de kleinste details stilzwijgend naar elkaar toe.

Wetering de Rooij laat dat wonder op dit hele kleine paneeltje gebeuren. Hier is geen plaats voor realisme of fijn romantisch schilderwerk. Wetering de Rooij is het niet te doen om de concrete herkenbaarheid van het gezicht van de boerin en elk afzonderlijk detail van het interieur. Dit tedere kleinood is 'expressionistisch' omdat de 'arme' boerin alleen door de bovenzinnelijk herkenbare ziel van het alles gemeenschappelijke licht, teder en stil verbonden is met het interieur en al haar geringe voorwerpen.

J.E. Van de Wetering de Rooij (1877 - 1972), geboren te Woudrichem. was een impressionist met een romantische inslag. Hij trok naar Den Haag en kwam onder invloed van de schilders van de Haagse School. Hij was net als hen op zoek naar het uitbeelden van het licht op verschillende momenten van de dag en bij alle soorten weer.

Hij verbleef enige tijd in en rondom Heeze en maakte deel uit van de schilderskolonie. Daar had hij contact met onder andere J. E. H. Akkeringa en Willem de Zwart. Onder hun invloed werd zijn toets expressionistischer. Schilderde hij in Holland veel impressionistische zee-, en riviergezichten, in Brabant richtte hij zich op het boerenleven. Daarom zal bovenstaand werk in f rondom Heeze geschilderd zijn. Verder zijn van hem zijn uit die Brabantse periode ook prachtige dorpsgezichten en landschappen bekend.